De glazen wijn

Je hebt twee identieke glazen, één met rode en één met witte wijn. Je doet een lepeltje rode bij de witte. Je roert en je doet dan één lepeltje van de vermengde wijn in de rode. Welke wijn heeft de hoogste graad van vermenging? (Wetenschapsquiz 2001)

Een glas rode en witte wijn.

Einstein’s hoed

Einstein roeit stroomopwaarts, als hij onder een brug doorkomt die zijn hoed in het water tikt. Hij heeft het pas na 5 minuten door, draait om en roeit met dezelfde kracht terug totdat hij zijn hoed 1 kilometer stroomafwaarts van de brug vindt. Hoe snel stroomt de rivier?

Einstein’s hoed

Het draaiende emmertje

Ik draai hier een emmertje gevuld met water rond. Ik probeer het emmertje precies zo snel te draaien dat hij net een cirkel beschrijft. Als ik het touw 2x zo lang maak, neemt de periode (rondetijd) dan toe of af en met hoeveel procent?

Het draaiende emmertje water.

Het ronde biljart

Stel je hebt een cirkelvormige biljarttafel. Twee ballen worden tegelijk afgestoten van punt A respectievelijk B. Ze botsen in C op elkaar en vervolgen hun weg in lijn met de andere bal, zodat zowel AE als BD recht zijn. Dan raken ze de band om tenslotte in hun startpunten uit te komen. We nemen aan dat de ballen gedurende het hele traject met constante maar mogelijkerwijs verschillende snelheden rollen. De vraag is: welke bal zal er het eerst zijn?

Het ronde biljart

Het geitendilemma

Geit

Deze week een klassieker: het dilemma van de quizmaster en de geiten. Stel je ben een deelnemer aan een quiz en staat voor drie dichte deuren. Je weet dat achter twee daarvan een geit staat en achter één een auto.

De quizmaster vraagt je een deur te kiezen, maar nog niet te openen. Als je dat gedaan hebt opent zij één van de andere twee deuren, en er staat een geit achter. Dan mag nog switchen naar de andere dichte deur. Stel je wilt die auto, switch je of kan je net zo goed aan je oorspronkelijke keuze vasthouden?

Het boerenprobleem

Boerenprotest

Met de boerenprotesten aan de orde van de dag herinner ik mij een vraag uit de onvolprezen NWO Wetenschapsquiz van 2018:

Vijf boeren moeten drie kavels land van elk 1 hectare groot eerlijk verdelen. Iedere boer krijgt dus 0,6 hectare land. Niemand vindt het een probleem als zijn grond uit meerdere stukken bestaat, mits elk stuk minstens 0,25 hectare groot is. Lukt het om de kavels onder deze voorwaarde te verdelen?

Ik kan je verklappen dat het inderdaad kan, maar hoe dan?